In de 16e eeuw zond Philips II van Spanje een natuuronderzoeker, Hernandez, naar het in 1519 door Cortes veroverde Mexico. Zijn opdracht was een rapport op te stellen over de natuurproducten van dat land. Een van de bomen die hij beschreef was de Amberboom, die hij ,,liquid amber" (vloeibare amber ) noemde, vanwege de kleur en de samenstelling van de hars die deze boom voortbracht. De amberboom is, aangezien hij zijn takken niet zo wijd uitspreidt, een heel goede straatboom. Hij vertoont in de herfst schitterende kleuren die variëren van helder scharlakenrood tot donkerrood, citroengeel en purper. In onze streken wordt de amberboom steeds meer aangeplant in tuinen en parken vanwege het zeer decoratieve bladloof. In Amerika plant men de amberboom nog steeds aan voor de hars. Deze hars, storax, is een welriekende bruinrode, harsachtige glanzende stof, die verder verwerkt wordt in lijm, zalf, parfum en wierook. Onder gunstige omstandigheden wordt de boom in 20 jaar ongeveer 8 meter hoog, maar hij kan doorgroeien tot wel 20 meter. De amberboom is buitengewoon resistent tegen ziekten en plagen. Ook van de amberboom bestaan cultivars. De aanplant hier is niet commercieel. Vanuit Amerika wordt wel hout van de amberboom geïmporteerd. Het wordt hier onder de naam ,,satijn noten" aangeboden. De vraag is echter gering. In Amerika en voor de oorlog vooral in Engeland veel toegepast in de meubelindustrie. Het is niet geschikt voor buitenwerk.